Welbevinden
Conflixers

De Scholierenstem over: welbevinden, eenzaamheid, veiligheid

30% van de scholieren voelt zich op school niet goed in hun vel. 25% voelt zich eenzaam en 14% voelt zich niet veilig.

Naar aanleiding van de verkiezingen bevroegen we afgelopen jaar 20.130 scholieren over allerhande thema's. Samen gaven ze het thema 'welbevinden' een eerste plek in de lijst met dingen die ze zelf prioritair zouden aanpakken. Van hen werden er 11.103 dieper over het thema ondervraagd.

Het cijfer van de dag: 30%

Op het prioriteitenlijstje van scholieren staat het aanpakken van het mentaal welzijn van leerlingen met stip op één. Bijna de helft (48%) van de bevraagde scholieren zou het mentaal welzijn van leerlingen als eerste aanpakken. Dat is héél veel, als je weet dat er 22 thema’s waren, waar scholieren uit mochten kiezen. Dit signaal hoeft ons niet te verbazen. Jongeren hebben door de coronapandemie op mentaal vlak bijzondere zware jaren achter de rug. Het is een illusie dat deze problemen zichzelf zullen oplossen. Beleidsmakers zijn heel bezorgd, vaak ook terecht, over de leerprestaties van leerlingen zoals gemeten in de PISA-studies*. Helaas hebben ze minder oog voor de resultaten over hun mentaal welzijn in diezelfde PISA-studies*. Nochtans leert onderzoek* ons dat leerlingen die zich goed voelen, beter presteren op school. Want een leerling die zich niet goed in z’n vel voelt, komt niet tot leren.

Dat het nog steeds niet goed gaat met de Vlaamse jongeren, zien we aan het aantal jongeren met zelfmoordgedachten. Dit aantal steeg tussen 2018 en 2022 van 18% naar 22%.4*. Ook uit de resultaten van onze eigen scholierenbevraging merken we dat het mentaal welzijn bij scholieren een deuk heeft gekregen.

  • We vroegen de leerlingen hoe ze zich op school in hun vel voelen. Voor 66% van de leerlingen is dat meestal goed en voor 30% is dat eerder niet het geval. Dat al hoge cijfer stijgt verder door wanneer we opsplitsen naar verschillende subgroepen: 42% van de scholieren met een beperking, 51% van de LGBTQIA+ -leerlingen en 64% van de leerlingen die zich identificeren als non-binair of anders voelen zich doorgaans niet goed in hun vel.
  • Daarnaast blijkt uit onze bevraging dat 25% van de leerlingen die deelnamen zich regelmatig eenzaam voelen. Kijken we naar LGBTQIA+ -leerlingen dan gaat het om 38% die zich vaak alleen voelen op school. Dat cijfer ligt 40% wanneer we kijken naar leerlingen met een beperking. Bij de leerlingen die zichzelf als non-binair identificeren voelen er zich 48% regelmatig alleen.
  • De meeste scholieren die we bevroegen(82%) voelen zich veilig op school. Toch voelt ook 14% zich onveilig op school. Ook hier zijn er grote verschillen tussen subgroepen. Zo stijgt het cijfer tot 25% bij leerlingen met een beperking, tot 26% bij leerlingen die zich identificeren als LGBTQIA+ en zelfs tot 42% bij leerlingen die zichzelf identificeren als non-binair.

* De externe bronnen waarnaar hier verwezen wordt, zijn volledig opgenomen in ons memorandum.

Begeleiding

46% van de scholieren weet wat de school allemaal doet om het welbevinden van de leerlingen te verhogen. Zo’n 42% van de leerlingen weet niet goed wat de school allemaal doet om het welbevinden van de leerlingen te verhogen. En slechts een op twee scholieren is tevreden met de manier waarop hun school aan het welbevinden van de leerlingen werkt. Zo’n derde van de leerlingen (35%) is niet tevreden met de manier waarop hun school aan welbevinden van de leerlingen werkt.

16% van de bevraagde scholieren weet niet waar ze op school terecht kunnen als het even niet goed gaat. De overige groep weet dat gelukkig wel. Als het even niet goed gaat, weet 1 op de 2 (53%) bevraagde scholieren dat ze terecht kunnen bij de leerlingenbegeleiding. Uit de gesprekken met scholieren blijkt dat de juiste hulp op school verschilt van

leerling tot leerling. De ene leerling kiest voor de leerlingenbegeleider omwille van zijn professionele kennis, de andere voor een vertrouwensleerling omdat die dan weer makkelijk bereikbaar is. Daarnaast voelen leerlingen zich soms beter bij de ene persoon dan bij de andere. Terechtkunnen bij meerdere personen zorgt ervoor dat ook aan die nood wordt voldaan.

Wanneer we met leerlingen praten over de leerlingenbegeleiding blijkt dat de meeste CLB-medewerkers en leerlingenbegeleiders goed bezig zijn, maar toch ... De communicatie hierover ontbreekt of is niet meer van deze tijd. Scholieren weten niet altijd bij wie ze moeten zijn, waar het CLB is en hoe de begeleiding juist in zijn werk gaat. Scholieren willen duidelijkheid over hoe ze geholpen kunnen worden, welke stappen er gezet worden. Een nabije, zichtbare en laagdrempelige leerlingenbegeleiding is voor elke scholier een goede zaak.

“Ik durfde de leerlingenbegeleiding op mijn school eerst niet te contacteren. Ik dacht dat je er alleen naartoe mocht als je leerstoornissen had.” - Anon. Scholier

Daarnaast geeft een derde van de bevraagde leerlingen (34%) aan geen vertrouwen te hebben dat de leerlingenbegeleiding hun privacy respecteert. Uit de gesprekken die we voerden met leerlingen bleek dat zij niet altijd goed op de hoogte zijn van wat het ambtsgeheim* bij de leerlingenbegeleiding en het beroepsgeheim* bij een CLB-medewerker inhoudt. Voor leerlingen is vaak niet duidelijk aan wie ze wat kunnen vertellen en net die discretie vinden ze enorm belangrijk.

Leerlingen willen scholen waar iedereen zich goed voelt en zijn niet bang om hiervoor zelf de handen uit de mouwen te steken. Met de opstart van het peer support project “De Conflixers” gaven we als Scholierenkoepel alvast een stevige voorzet. Conflixers zijn vrijwillige scholieren die ervoor zorgen dat alle leerlingen zich goed voelen op hun school. Deze leerlingen steken de handen uit de mouwen en gaan pesten, uitsluiten en polarisering op school tegen. Ze doen moeite voor elkaar. Overal in het Nederlandstalig onderwijs zien we leerlingen en scholen werk maken van peer support. De grote troef van peer support ligt voor leerlingen bij de toegankelijkheid van deze vertrouwensleerlingen.

Wanneer leerlingen behoefte hebben om hun hart te luchten, verwachten ze dat ze bij hun (vertrouwens)leerkrachten terecht kunnen. Hun ideale leerkracht is immers empathisch en bereid om het gesprek aan te gaan met jongeren. Niet alle leerkrachten zijn volgens hun scholieren even goed gewapend om zo’n 1 op 1 gesprek met een leerling aan te gaan. Mochten scholieren hun leerkrachten op bijscholing kunnen sturen, dan vinden de meeste scholieren (54%) dat die bijscholing moet gaan over het mentaal welzijn van leerlingen.

* De externe bronnen waarnaar hier verwezen wordt, zijn volledig opgenomen in ons memorandum.

Pesten

Meer dan 1 op de 3 scholieren werd ooital eens in het middelbaar gepest door een leerling op school. Wanneer we aan scholieren vragen wat een school het best kan doen om pesten (ook online) aan te pakken, dan zien we dat de meerderheid (56% van de 11.103 bevraagde scholieren) aangeeft dat de pesters strenger bestraft moeten worden. Scholieren geven ook aan dat scholen vertrouwensleerkrachten moeten inschakelen (44%) en het thema ‘pesten’ bespreekbaar moeten maken op school (41%). 39% van de scholieren geeft aan dat de school ervoor moet zorgen dat leerkrachten, leerlingen en ouders weten hoe pesten op de school het best wordt aangepakt. Volgens 38% moet er een duidelij k plan (= antipestbeleid) zij n over hoe pesten moet worden aangepakt op school. Zo’n 31% geeft aan dat de school bij een pestsituatie gesprekken moet voeren tussen pester(s) en slachtoffer(s). Volgens 30% moet de school preventieve maatregelen nemen. Ongeveer 1 op de 4 scholieren (26%) kiest ervoor om peer to peer support in te schakelen aan de hand van vertrouwensleerlingen (Conflixers).

“Ik kan niet mezelf zijn op school. In mijn klas zelf voel ik mij niet goed. De klasgroep is niet aangenaam, onrespectvol en hierdoor kan ik niet mezelf zijn. Ik heb de stempel van strever en zo wil er niemand naast mij zitten.” - Mo, 2de graad Humane wetenschappen (finaliteit doorstroom)

Aanbevelingen:

  • Werk een informatieve campagne uit voor scholen om een zichtbaar welbevindenbeleid op school te promoten. Stel die campagne op een participatieve manier op, samen met scholieren.
  • Zorg ervoor dat scholen de nodige financiering hebben om hun welbevindenbeleid zowel gedragen te kunnen uitwerken als volledig te kunnen uitvoeren.
  • Voorzie in de lerarenopleiding een sterkere vorming over mentaal welzijn.
  • Zet schoolpsychologen in ter versterking van de huidige leerlingenbegeleiding, niet ter vervanging hiervan.
  • Zorg ervoor dat scholieren de juiste weg vinden naar de meest geschikte online hulpverlening.
  • Waak erover dat online hulpverlening fysieke en persoonlijke hulpverlening op school niet vervangt.
  • Zet extra in op laagdrempelige vertrouwensleerlingen. Zorg ervoor dat de Conflixers-werking de vraag kan volgen. Maak middelen vrij voor de uitbouw van de Conflixers-werking indien het aanbod de vraag niet kan volgen.

Meer lezen:

Op pagina 59-74 van ons onderzoeksrapport vind je ook bredere cijfers over het welbevinden van leerlingen op school. Meer context lees je in ons memorandum op pagina's 36-46. Op pagina's 48-49 staan nog meer relevante aanbevelingen.

Geschreven door
Rob
op